De dag is bijna ten einde en nog even gaan mijn gedachten terug naar wat deze dag mij allemaal gebracht heeft en wat mijn aandeel daarin was.
Alweer 14 jaar mag ik het afscheid van mensen regelen en hun nabestaanden bijstaan in de moeilijkste dagen van hun leven. Iets wat ik met veel passie doe. Maar wat ik alleen kan doen door de onvoorwaardelijke steun van mijn lieve vrouw en gezin. Want ja, soms moeten zij ook een prijs betalen, maar ik weet dat zij dit graag doen. Omdat zij net als ik van mensen houden.
“In mijn vorige leven” was ik voorganger van een bloeiende gemeente en ik moet eerlijk zeggen dat ik dit soms mis. Om mensen hoop en een doel te mogen geven in het leven. Ook dit heb ik toen 7 jaar met veel liefde en passie gedaan.
Is het een beter dan het ander? Nee, dat kan ik niet zeggen en voor alles is een tijd! Maar een dag als vandaag was voor mij er 1 met een gouden randje. Want vandaag mocht beide roepingen van mijn leven (want zo beleef ik dit) combineren.
Het werd een persoonlijk afscheid met een lach en een traan.
Maar waar ik ook het geloof en de geloofsworsteling van deze kostbare mens mocht onder de aandacht brengen. En de boodschap van hoop brengen dat we niet voor niets hier zijn.
Of zoals het mooie lied wat afspeelde en gezongen door oud dirigent en Bas bariton van Euterpe, Jaap de Ruijter, ons vertelt: “Er is een God die hoort!”
Ja, dat geeft troost. Daarbij kan je thuiskomen ook over de grens van de dood heen.
Later deze dag mocht ik nog met een lieve vrouw, die sinds deze week de verdrietige titel van weduwe draagt, en haar schoondochter de kist sluiten van de liefde van haar leven. Honderden keren ben ik bij zo’n moment aanwezig geweest. Maar het went nooit. Het tweede afscheid zoals ik dat noem. Het eerste afscheid is als iemand zijn laatste adem uitblaast. Het derde afscheid is als we iemand echt wegbrengen naar het graf of de oven. Maar het tweede afscheid is het afscheid van het zichtbare. Het ‘nooit meer zien of kunnen aanraken’ is misschien wel een van de moeilijkste dingen die je kan meemaken in een mensenleven. Het losscheuren.
Het was vandaag een stralende dag, maar toen vloeiden er tranen – tranen van verdriet en liefde.
En buiten brak op dat moment de zomerstorm los.
Met een nat pak stapte ik in de auto, dankbaar dat je dan geen tranen meer kan zien. Want ja, nog steeds raakt mij dit en ben ik dankbaar dat ik op zo’n moment mag proberen te troosten.
Ja, dat is wat mijn ware roeping is. Ik ben een trooster. Soms een clown, soms een knuffelbeer. Maar vooral een mens. Net als degene die door rouw gekweld wordt. Want ook mij is rouw niet vreemd. Ooit werd mij gevraagd voor een stuk in de Barneveldse krant wat mijn lievelingspreuk was. En ik vertelde dat deze uit de bijbel kwam, uit prediker 7 vers 2; “Het is beter te gaan naar een huis van rouw dan te gaan naar een huis van feestgelag; want dat is het einde van ieder mens en de levende neme het ter harte.”
En nog steeds denk ik er zo over en mijmering ikzelf nog even door …